De laatste nachten liever zonder hulpverleners

door: Anoniem

De laatste nachten liever zonder hulpverleners

Hoe lief en zorgzaam alle hulp ook is, soms heeft een cliënt behoefte aan rust en samenzijn met dierbaren. Deze cliënt wacht met de euthanasie tot zijn zoon uit Amerika is gekomen. De laatste nachten brengt hij liever zonder hulpverlening door. “Overdag komen er wel vijf of zes.”

“ (…) Dat is geëindigd met euthanasie. Op een bepaald moment zei ik van: ‘Nou, dan kom ik zondag terug.’ ‘Nou, dat denk ik niet’, zei hij. Ik zei: ‘Nou, nee? Hoezo dan?’ Hij zei: ‘Nou we hebben euthanasie geregeld als mijn zoon uit Amerika terug is.’ En ze wilden de laatste nachten het nog héél graag samendoen. Het belangrijkste was dat ze het heel graag samen wilden doen. Al die hulpverleners altijd over de vloer. Overdag komen er wel vijf of zes keer hulpverleners en dan komt er voor de nacht nog wat. Ze zijn bijna nooit samen. Dus zij wilden de laatste drie nachten samendoen. Met z’n tweetjes. Dat zij weer voor hem zorgde, ook al was ze de hele nacht wakker. Ze had zoiets van: ‘Ik wil dit nog, na zo’n lange ziekteperiode.’ Dat is echt zwaar hoor, voor mensen, dat er altijd maar mensen over de vloer zijn. Ja, toen hadden ze zoiets van: ‘nou, de laatste nachten willen wij samenzijn.’ ‘Dan ga ik hier zelf liggen’, zei ze. ‘En als ik kapot ben, dan ben ik kapot, klaar.’

Ik snapte het. Want mensen met COPD, met longproblemen, die kunnen stikken. En nou, dan snap ik heel goed dat je voor euthanasie kiest. Dus ik snap zelf heel goed de keuze voor euthanasie. Ik ken ook collega vrijwilligers die vanuit christelijk oogpunt zeggen: ‘Voor mij is euthanasie niet aan de orde.’ Maar ze hebben altijd respect voor als een ander dat doet. Maar ik zou het vanuit mezelf ook heel goed voor kunnen stellen, dat ik dat wel zou doen. Dus ja, ik zei tegen hem: ‘Nou, dan nemen we voor nu afscheid.’ En ja, ik heb tweeënveertig jaar in de psychiatrie en verslavingszorg gewerkt. Dus ik vind het niet moeilijk om contact over hele moeilijke dingen te maken. Ik vind dat dan niet moeilijk. Dus wel hebben elkaars handen vastgehouden. Ook een heel mooi moment. Zo van: ‘Nou, dan neem ik nu afscheid van u. We hebben het goed gehad ’s nachts.’ Ja, zo. En dan ga ik weer weg. Dus dat was ook afgesloten, het was goed, helemaal goed.”

Nog geen reacties

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Uw reactie verschijnt na goedkeuring door onze redactie. U ontvangt een mail als uw reactie is geplaatst.